“Iedere volwassene is ooit kind geweest,
het is alleen zo jammer dat bijna niemand zich dat herinnert.”
Uit: “De kleine prins”
Het gebouw is ontworpen vanuit de beleving van de kinderen. Belangrijk hierbij is dat de leerlingen zich veilig en thuis voelen doordat de prachtige omgeving aansluit bij het gebouw. Getracht is zo veel mogelijk zicht en licht in het gebouw te brengen en voldoende ruimte te maken om te ontdekken en te leren. De school staat in een landelijke omgeving aan een straat met aan één zijde bebouwing en verder omringd door weilanden. Het gebouw wijkt door vorm en detaillering sterk af van zijn omgeving, maar staat niet op zich, door in materiaalgebruik, kleur en opzet juist aansluiting te zoeken.
Het schoolgebouw staat als een solitair volume in het groen waarbij de terrakleurige baksteenvlakken met uitstekende koppen boven de puien refereren aan de grote pannenkappen van de stolpboerderijen in de directe omgeving. De kinderen in de klas kunnen volop genieten van het prachtige weidse uitzicht over de weilanden door de grote puien met schuifdeuren. Het torentje met het kraaiennest biedt een verder uitzicht over het landschap en staat als een periscoop boven het groene Sedumdak.
Het gebouw is compact van opzet, waarbij de klaslokalen zijn gegroepeerd rond een centrale hal. Vanuit de lokalen is goed zicht op deze centrale hal, waar kinderen zelfstandig opdrachten kunnen uitvoeren. In het torentje zijn de computerplekken bedacht. Op deze manier wordt ingespeeld op de ontwikkelingen binnen het onderwijs waarin de kinderen competentiegericht en steeds zelfstandiger te werk gaan. Een koppeling van de centrale hal en het speellokaal door een flexibele wand maakt het mogelijk om grote bijeenkomsten te houden. Het kleuterlokaal is extra groot gemaakt en heeft een grote berging, zodat de peutergroep, die verderop in de straat is gehuisvest, hier ook gebruik van kan maken.